GfK analyseerde de impact van de coronacrisis op de Belgische FMCG-markt. Buurt- franchisewinkels kenden de sterkste groei in de maand maart, de eerste maand van de lockdown. Merken leverden wat marktaandeel in, ten gunste van de huismerken.
Grote bezorgdheid
De coronacrisis heeft de FMCG-markt flink door elkaar geschud, vertelde Davy Van Raemdonck van GfK dinsdag tijdens een webinar over de gevolgen van de pandemie op het consumptiegedrag. Voor de lockdown was de markt stabiel: er was geen volumegroei, enkel een lichte waardegroei als gevolg van inflatie. Al bewoog er onder de oppervlakte wel wat: vooral private label en de harddiscounters kenden de afgelopen jaren groei. Maar Covid-19 veroorzaakt een breuklijn.
Op de consument heeft het virus een grote emotionele impact: de GfK consumentenpanelleden zijn erg bezorgd – dat geldt vooral voor ouderen en mensen uit lagere sociale klassen. Dat verklaart mede het ontstaan van hamstergedrag: in maart steeg de FMCG-omzet daardoor met zowat 400 miljoen. Of dat de komende tijd zo blijft? “De markt zal dit jaar zeker groeien, maar veel zal afhangen van de vraag of en wanneer de horeca weer opent.”
“Investeer in marketing”
Ook de winkelkeuze verandert: de buurt franchisewinkels zijn de grote winnaars van de lockdown, shoppers beperken hun verplaatsingen. Doordat grenswinkelen niet meer mogelijk is, profiteren Belgische supermarkten.
APR