De belangrijke contractuele bepalingen en de verplichtingen die in het specifieke precontractuele informatiedocument moeten worden vermeld

Geplaatst door: Franchising Belgium

Op 10 juni 2022 heeft de Arbitragecommissie een nieuw advies uitgebracht dat kan worden geraadpleegd op de website van de FOD Economie  (https://economie.fgov.be/sites/default/files/Files/Ventes/Adviezen-arbitragecommissie/Advies-Arbitragecommissie-2022-18.pdf)

Zij heeft betrekking op de inhoud van het precontractuele informatiedocument (PID) en meer bepaald op de belangrijke contractuele bepalingen en de verplichtingen die in het PID moeten worden vermeld.  Er zij aan herinnerd dat het wetboek van economisch recht (WER) de franchisegever verplicht de franchisenemer ten minste één maand vóór de sluiting van de  overeenkomst een  kopie  ervan en een PID (artikel X.27 WER) te verstrekken, die in het juridische gedeelte, de belangrijke contractuele clausules van de overeenkomst bevat.

Artikel X.28 §1, 1°, a) tot i) van het WER noemt 9 clausules die belangrijk worden geacht. In b) is sprake van “verbintenissen”.

Het WER voorziet een radicale sanctie: de nietigheid van de belangrijke clausule van de overeenkomst die niet in het juridische gedeelte van het PID is opgenomen. Deze nietigheid van de betrokkene clausule kan zonder tijdslimiet worden gevorderd.

Het advies van de Arbitragecommissie heeft meer specifiek betrekking op de verplichtingen van de overeenkomst die (alle) als belangrijke clausules worden beschouwd en in het PID moeten worden opgenomen.

Zelfs indien artikel X.28 §1, 1°, b) geacht kan worden alleen te verwijzen naar de verplichtingen van de franchisenemer, zijn de verplichtingen talrijk en vaak verspreiden opgenomen in een overeenkomst.

De Commissie gaat uit van de vaststelling dat de verplichting om de verplichtingen en de sancties van nietigheid op te nemen ” leidt dit in de praktijk vaak tot een zo goed als letterlijke overname van quasi alle bepalingen van het ontwerp van de samenwerkingsovereenkomst. ” en dat het PID ” in vele gevallen haar doel voorbij schiet, zijnde de rechtsverkrijger attent maken op de belangrijke bepalingen opgenomen in het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst, hetgeen de relatie tussen rechtsverlener als rechtsverkrijger op lange termijn alleen maar ten goede kan komen. ».

Op grond van deze vaststelling stelt de Arbitragecommissie een aan de wetgever voor te leggen wetswijziging voor, die zal bestaan uit het « beperken tot een limitatieve lijst van concrete belangrijke contractuele bepalingen, alsook met vermelding van de gevolgen wanneer ze niet worden nageleefd (recht tot ontbinding of andere contractuele (bv. pecuniaire) sancties. »

In haar voorstel tot wijziging van de wet schrapt de Arbitragecommissie punt b) van artikel X.28 §1, 1° WER (“de verbintenissen”) en vult zij de lijst van belangrijke contractuele bepalingen aan.

  • De voorgestelde wijziging bevat 15 contractuele bepalingen. Naast de reeds in het WER opgenomen bepalingen zijn er bijvoorbeeld:
  • De kosten bij opstart of wederkerende kosten zoals de marketing, IT, transport, opleiding ten laste van de persoon die het recht verkrijgt en de voorwaarden tot wijziging hiervan;
  • De beperkingen inzake online verkoop en online promotie
  • De verplichtingen inzake minimumomzet-en minimumafname en de gevolgen van het niet behalen hiervan;
  • De redenen voor de uitdrukkelijke ontbinding van de overeenkomst alsook de financiële gevolgen ervan in het bijzonder wat de lasten en de investeringen betreft;
  • Het bevoegdheidsbeding, rechtskeuze en proceduretaal.

Dit is een voorgestelde wijziging van het WER en in afwachting van de aanneming ervan door de wetgever zal het PID de belangrijke verplichtingen van de overeenkomst zoals die in de wet zijn bepaald, moeten omvatten, met inbegrip van de verplichtingen, d.w.z. alle verplichtingen van de overeenkomst.


Eén vraag blijft: welke vorm moet het PID aannemen?

Er lijkt algemeen aangenomen dat het PID geen samenvatting of toelichting van de belangrijke contractuele bepalingen moet bevatten. Gelukkig want dit zou kunnen leiden tot onduidelijkheid of tegenstrijdigheid bij de interpretatie van de overeenkomst.

Bovendien kan het PID niet gewoon verwijzen naar de overeenkomst, wat zou moeten worden beschouwd als een gewoon gebrek aan PID.

Dit gezegd zijnde, moet het PID alle belangrijke contractuele bepalingen, ook de verbintenissen? Dit is min of meer hetzelfde als een copy and paste van het contract in het PID.

Dit is waarschijnlijk de meest voorzichtige oplossing, maar in dit geval schiet het verstrekken van een PID zijn doel voorbij, namelijk de aandacht van de franchisenemer, wat het juridische gedeelte betreft, te vestigen op de bepalingen van de overeenkomst die bijzondere aandacht verdienen.

Ik ben van mening – maar dit is een persoonlijke mening die, voor zover ik weet, niet is bevestigd of ontkracht door een gerechtelijke beslissing in het kader van een voorgelegd geschil – dat aan de verplichting tot precontractuele informatie met betrekking tot het juridische gedeelte van het PID zou worden voldaan indien het PID de belangrijke contractuele bepalingen – en dus alle verplichtingen van de overeenkomst – zou opsommen, met een precieze verwijzing naar het betrokken artikel en de bladzijde van de overeenkomst waar dat artikel te vinden is.

 

Marc GERON – Avroy Advokaten
Advocaat bij de balie van Luik-Huy