Grensverlegger Fit20 wil ook ‘gereserveerde’ Belg trainen: Werk je niét in ‘t zweet

Geplaatst door: Franchising Belgium

BREDA – Dat hoor je niet vaak, een fitnesstrainer die zegt: één keer in de week trainen is genoeg, meer heeft eigenlijk geen zin. Een trainer die bovendien een dikke trui aan heeft. Het zijn onderdelen van het Fit20-trainingsconcept, dat ook de Belgische markt wil bestormen. Al wordt er voor de ’gereserveerde Belg’ wat meer nadruk gelegd op de privacy die Fit20 biedt.

Vooruit, er staan traintoestellen, maar verder lijkt de studio in Breda in niets op een traditionele fitnesszaal. Er staat geen muziek aan, er hangen geen spiegels en er zijn geen douches. En het is er frisjes. Zeventien graden om precies te zijn.

Bij Fit20 is het dan ook niet de bedoeling om je ’in het zweet te werken’. De training is namelijk – in vaktermen – ’hoogintensief’. In plaats van heel vaak het gewicht omhoog drukken, doe je het een paar keer heel langzaam, en met een veel zwaarder gewicht. Dat kost de spieren zoveel moeite, dat je op een gegeven moment niet meer kunt duwen. Tijdelijk spierfalen, heet dat.

Ondanks de negatieve klank, zet dat juist iets positiefs in gang in het lichaam, zeggen ze bij Fit20. „Heel simpel gezegd geeft het lichaam na tijdelijk spierfalen een seintje aan de spieren van ’dat moet ons niet meer overkomen’, en gaat de spieren sterker maken”, zegt Ad de Waard, verantwoordelijk voor de internationale expansie van Fit20.

Het idee is dat je één keer per week twintig minuten traint, individueel of als duo en met een personal trainer. Douchen en omkleden is niet nodig, vanwege de lagere temperatuur in de studio en omdat het lichaam van de oefeningen niet gaat zweten, zegt De Waard. De training kost minimaal €15 per week, de prijs is afhankelijk van het abonnement.

Fit20 is een franchiseconcept en heeft inmiddels ruim vijftig studio’s in Nederland. En als je een concept toch helemaal hebt uitgedacht, waarom het dan niet ’uitrollen’ naar andere landen? „Bij expansie kijk je in eerste instantie naar de landen om je heen, om het praktisch te houden”, zegt De Waard. „En je moet ook een geschikt persoon vinden die ’master franchisenemer’ (degene die namens Fit20 weer franchisecontracten gaat uitgeven in het buitenland, red.) wil worden in een land. In dit geval bleek dat iemand te zijn vanuit België. Vandaar dat we daar als eerste gaan beginnen. Niet zozeer omdat België dé fitnessnatie bij uitstek is. Wat dat betreft is de Duitse markt interessanter.”

Aan franchisenemer Marc God, die al jaren in Brussel woont, de schone taak om ook in het bourgondische België de juiste doelgroep aan te spreken. „In de basis richt dit concept zich op drukke professionals, die te weinig toekomen aan sporten. Die zijn er in België net zo goed.”

Maar het concept ’uitrollen’ klinkt een stuk makkelijker dan het in de praktijk is, merkte God al snel. „België blijkt helemaal niet zo’n makkelijke markt te zijn om binnen te komen, zeker niet voor franchise.” Dat heeft namelijk zo’n twintig jaar geleden een slechte naam gekregen, legt God uit, omdat er destijds wel erg veel risico bij de franchisenemer lag en ook de opbrengsten vaak ongelijk verdeeld waren. „Dat heeft erin geresulteerd dat de positie van de franchisenemer nu wettelijk heel goed beschermd is.”

Dat merkte God bij het ’vertalen’ van de franchisecontracten naar Belgisch recht. Wat specifiek is voor onze zuiderburen is het zogeheten ’pre-contractueel informatiedocument’ dat de franchisenemer moet ontvangen. En dat zijn niet zomaar wat kerncijfers, zegt De Waard. Zo moet er bijvoorbeeld een omzetprognose bijgevoegd zijn, niet alleen landelijk maar ook per regio. „De franchisenemer heeft dan een maand bedenktijd, en kan binnen die maand kosteloos van het contract af. Sterker nog: als achteraf blijkt dat de informatie die de franchisegever heeft gegeven niet klopt, kan de franchisenemer binnen twee jaar alsnog het contract openbreken. Het opstellen van zo’n document moet dus met zorg uitgevoerd worden.”

Nu de contracten zijn opgesteld, kan God aan de slag met het daadwerkelijk uitrollen van het concept. Hij heeft een locatie op het oog voor een hoofdkantoor en een eerste demonstratie-studio in België. Voor de zomer moet die studio open zijn. „Ik denk dat het voordeel van Fit20 voor de Belgische markt ligt in de privacy die het concept biedt. De Belg is in het algemeen namelijk wat gereserveerder dan de Nederlander.”

God heeft nog niets gemerkt van scepsis tegenover ’die Hollanders’. „Als je mensen met respect behandeld, kun je prima zakendoen. Wel valt me op dat je meer moet netwerken, ik ben al verschillende keren bij de Rotary geweest. En bij de opening moet de burgemeester erbij zijn. De aanwezigheid van notabelen is belangrijk in België.”