Franchiseformule Fit20 ook fastfitness genoemd

Geplaatst door: Franchising Belgium

‘Sommige mensen zitten zo krap in hun tijd, dat ze zich niet eens omkleden als ze bij ons komen fitnessen’, zegt Mike ­Dierinck, district manager van de franchiseformule Fit20, een nieuweling in het Belgische fitnesslandschap. ‘Ze houden gewoon hun kantoorkleren aan. Dat kan bij ons ook makkelijk: in onze studio’s houden we de temperatuur zo laag, dat je niet zweet. Ook douchen achteraf is niet nodig.’

Gewoon binnen en buiten, zoals in een fastfoodrestaurant: dat is de filosofie van fitnessketen Fit20, die in ons land aan een opmars bezig is. Het concept is komen overwaaien uit Nederland, en inmiddels zijn er in ons land al vijf studio’s: in Kraainem, Antwerpen, twee vestigingen in Brussel en sinds vorige week ook eentje in Gent.

De franchiseformule van Fit20 mikt op mensen die zich bewust zijn van het belang van sport maar er weinig tijd voor hebben, zegt Dierinck. Door hun spieren twintig minuten per week tot het uiterste te drijven, claimt het bedrijf zijn klanten binnen de drie maanden merkbaar fitter te krijgen – en te houden.

De personal coach die iedere gebruiker bij Fit20 krijgt toegewezen, zet daarvoor diverse toestellen in, waarmee vijf spiergroepen worden getraind: rug, benen, armen, borst, buik. Maar traag, heel traag. Het is alsof je een emmer water tien keer na elkaar tergend langzaam zou optillen. ‘Op den duur zal je lichaam schreeuwen om te mogen stoppen. Precies dan moedigt onze trainer je aan om nog éven vol te houden.’

Basisprincipe

Conditie kweken door maar twintig minuten per week te fitnessen: dat klinkt toch te mooi om waar te zijn? ‘Toch kan het’, zegt Christophe Delecluse van de Onderzoeksgroep Fysieke Activiteit, Sport & Gezondheid van de KU Leuven. ‘Het basisprincipe van deze aanpak deugt: je spieren een ­prikkel geven die zwaarder is dan ze gewoon zijn. Door ze te prikkelen maak je ze sterker, waarna de prikkel na een tijd kan worden opgevoerd.’

Ook de fysiologische basis van het Fit20-franchiseconcept zit goed, volgens Delecluse: de spieren uitputten door ze langere tijd onder relatief lage spanning te houden. ‘Het is een vorm van anaerobe training, heel anders dan de aerobe training die de meeste andere fitnessclubs aanbieden. Zij proberen te voorkomen dat de spieren van hun klanten in ademnood raken of melkzuur gaan opbouwen, zodat mensen de dag erna alweer opnieuw kunnen sporten, als ze dat willen.’

Door te sporten bij 17 ° Celsius zweet je niet en kun je je kleren aanhouden.

fit20_fastfitness

Bij anaerobe training kan dat niet: spieren hebben dan enkele dagen nodig om te herstellen – de reden waarom de franchiseformule Fit20 slechts één trainingssessie per week adviseert. Veilig is het concept daarmee wel, verwacht Delecluse. ‘De trainingsintensiteit is zodanig dat je weinig verkeerd kunt doen. Als de regels worden gevolgd, verwacht ik niet dat mensen met deze fitnessformule gauw blessures zullen oplopen.’

Wie bij Fit20 klant wordt, is binnen de drie maanden merkbaar fitter, claimt het bedrijf – om de voortgang te staven, worden de vorderingen die een klant op elk van de machines maakt, week na week opgeslagen.

Of die claim hout snijdt, durft Delecluse niet te zeggen. ‘Alles hangt af van hoe je fitheid definieert. Maar met slechts twintig minuten in de week zou het me verbazen als het je uithoudingsvermogen vergroot. Je spierkracht, ja, die zie ik wel vooruitgaan.’

‘Het hangt ook af van je beginniveau. Als je vooraf nooit aan sport deed, dan zal je conditie er meer op vooruitgaan dan als je al een paar keer in de week ging joggen.’

Mensen die al geregeld aan sport doen, raadt Delecluse overigens niet aan om hun joggingrondjes of hun baantjes in het zwembad te verruilen voor eenmaal in de week twintig minuten fitnessen volgens de Fit20-franchiseformule – voor hen verwacht hij in dat geval achteruitgang, eerder dan winst. ‘En de euforie die lopers of zwemmers ondervinden en die een belangrijke motivatiefactor kan zijn, die krijg je met deze fitnessformule niet.’

‘Maar als mensen die geen tijd hebben om regelmatig te sporten, hiervoor wél ruimte vinden in hun agenda, dan sluit ik niet uit dat ze daar effectief fitter van worden. Ondeugdelijk is de formule zeker niet – al hoop ik dat hun trainers goed zijn opgeleid. Veel van de winst hangt immers af van de kwaliteit van zo’n trainer: stelt hij de ­machines optimaal in, corrigeert hij je ­houding afdoende?’

Maar een wondertraining is ook Fit20 niet, aldus Delecluse. ‘Wie elke week een halfuurtje bij de kinesist oefent om bijvoorbeeld zijn rugspieren te versterken, die boekt ook winst. Eigenlijk bieden de meeste fitnesscentra steeds weer hetzelfde in een andere verpakking.