Franchise: biedt een wijziging van de omstandigheden de mogelijkheid om het contract te herzien?

Geplaatst door: Franchising Belgium

December 2019 : een franchiseovereenkomst voor de uitbating van een bar wordt gesloten voor een periode van 3 jaar. Maart 2020: het coronavirus verspreidt zich in Europa en dwingt de handelaar te sluiten tijdens de maanden met een lockdown. In augustus 2020 stijgen de energieprijzen, waardoor de bar moet sluiten.

Januari 2022 : Een franchiseovereenkomst voor de uitvoer van olieraffinagegoederen en -technologie naar Oost-Europa wordt gesloten voor een periode van drie jaar. Maart 2022: er breekt oorlog uit in Oekraïne en het wordt de franchisenemer verboden goederen te exporteren naar Rusland, dat 35% van de omzet vertegenwoordigt.

Kan de franchisenemer zich in dergelijke omstandigheden beroepen op een wijziging van de omstandigheden om nieuwe onderhandelingen over de franchiseovereenkomst te eisen, met name over de royalty’s die hij aan zijn franchisegever moet betalen?

Kan de onvoorziene verandering van omstandigheden de franchisegever ontslaan van alle of een deel van zijn contractuele verplichtingen, zoals steun en bijstand?

Rekening houdend met de huidige stand van het recht, zal de franchisenemer zich niet op overmacht kunnen beroepen voor de betaling van royalty’s; de verplichting om een bepaalde som geld te betalen is immers een verplichting tot betaling van het bedrag, en geld “verdort niet”; met andere woorden, het is altijd mogelijk om de royalty’s te betalen, ook al vormen deze royalty’s een bijzonder zware last voor de schuldenaar.

Evenzo zal de franchisegever zijn verplichtingen jegens de leden van het netwerk niet kunnen versoepelen, aangezien deze laatste de aangegane contractuele verplichtingen nauwgezet moeten naleven.

De Belgische rechtbanken hebben de mogelijkheid tot herziening van een overeenkomst wegens een externe wijziging van de omstandigheden steeds uitgesloten: de overeenkomst strekt   de partijen tot wet. Er rest de franchisenemer of de franchisegever zich nog te beroepen op het algemene beginsel van de goede trouw bij de uitvoering van overeenkomsten en het rechtsmisbruik.

Vanaf januari 2023 wordt echter een nieuwigheid verwacht: de ” imprevisieleer “. Op die datum treedt artikel 5.74 van het “nieuwe” Burgerlijk Wetboek in werking, dat de schuldenaar het recht geeft zijn contractant te verplichten de overeenkomst te herzien of zelfs te ontbinden in geval van wijziging van omstandigheden. Hier volgt een kort overzicht.

 

1.       Wat is de imprevisieleer?

Onvoorzienbaarheid wordt gedefinieerd als een algemene wijziging in het evenwicht van de uitvoering van de overeenkomst ten gevolge van een verandering van omstandigheden, die zich voordoet na het sluiten van de overeenkomst en buiten de macht van de partijen valt, en die de uitvoering van de overeenkomst buitengewoon bezwarend maakt op een manier die redelijkerwijs niet kan worden verwacht. Met andere woorden, de overeenkomst kan worden uitgevoerd, maar onder andere voorwaarden, die bij het sluiten van de overeenkomst niet waren voorzien.

Wanneer dergelijke onvoorziene omstandigheden zich voordoen, bepaalt artikel 5.74 nu dat de schuldenaar de schuldeiser kan verzoeken opnieuw over de overeenkomst te onderhandelen teneinde deze aan te passen of te beëindigen. Indien de schuldeiser weigert of indien de onderhandelingen mislukken, kan de schuldenaarj de rechter verzoeken de overeenkomst aan te passen om deze in overeenstemming te brengen met wat de partijen bij het sluiten van de overeenkomst redelijkerwijs zouden zijn overeengekomen indien zij met de wijziging van de omstandigheden rekening hadden gehouden, of de overeenkomst te beëindigen op een datum die niet eerder kan vallen dan de wijziging van de omstandigheden en volgens de door de rechter vastgestelde modaliteiten.

Kan de franchisenemer of de franchisegever zich in bovengenoemde gevallen beroepen op een “verandering van omstandigheden” om de herziening of zelfs de beëindiging van de overeenkomst te rechtvaardigen?
Het antwoord is uiteraard genuanceerd en hangt af van… de omstandigheden in kwestie.

 

2. Onder welke voorwaarden kan de imprevisieleer worden ingeroepen?

De franchisenemer of de franchisegever zal eerst een onvoorziene verandering van omstandigheden moeten aantonen. Dit veronderstelt niet alleen dat de omstandigheden na het sluiten van de overeenkomst zijn gewijzigd, maar ook dat de wijziging ten tijde van het sluiten van de overeenkomst niet te voorzien was. Deze voorwaarde van onvoorzienbaarheid is essentieel en moet worden opgevat als het feit dat de wijziging niet door de partijen kon en had moeten worden voorzien. Deze beoordeling van de onvoorzienbaarheid wordt op redelijke wijze en in het licht van het gedrag van een normaal voorzichtig en redelijk persoon in dezelfde omstandigheden beoordeeld. Dus als de franchisenemer de pandemie van het coronavirus in januari 2020 of de stijging van de energieprijzen in januari 2022 redelijkerwijs niet kon voorzien, is dit niet meer het geval in augustus 2020 respectievelijk november 2022 wanneer deze omstandigheden bekend zijn. Evenzo zal wat voor de gewone consument niet te voorzien is, niet noodzakelijk onvoorzienbaar zijn voor een professionele franchisenemer.

Voorts mag de schuldenaar bij het sluiten van de overeenkomst het risico van gewijzigde omstandigheden niet hebben gedragen. Soms neemt de schuldenaar expliciet of impliciet het risico van een verandering van omstandigheden op zich. Indien de franchiseovereenkomst bijvoorbeeld uitdrukkelijk bepaalt dat een stijging van de energieprijzen in geen geval aanleiding mag geven tot herziening of ontbinding van de overeenkomst, kan de rechter slechts vaststellen dat de schuldenaar dit risico heeft willen aanvaarden[1]. De aanvaarding van het risico kan ook impliciet zijn, met name vanwege de aard van de overeenkomst. In een franchiseovereenkomst is er een risico van verlies en de franchisenemer aanvaardt dat het risico van verlies wordt gecompenseerd door een kans op winst: het risico is in de overeenkomst opgenomen en alleen als dit risico volledig onevenwichtig is, zou de imprevisieleer worden toegepast.

Bovendien moet de wijziging van  omstandigheden de uitvoering van de overeenkomst voor een van de partijen buitengewoon bezwarend maken. Dit begrip kan min of meer ruim worden geïnterpreteerd, Deze voorwaarde kan in ieder geval worden opgevat als (i) het feit dat de uitvoering van de dienst meer kost dan oorspronkelijk was voorzien (bv. een plotselinge stijging van de energieprijs) of (ii) het feit dat de betrokken partij wordt geconfronteerd met een waardevermindering van de haar toekomende tegenprestatie terwijl de kosten van haar eigen prestatie ongewijzigd blijven (bv. de prijs van de royalty’s is dezelfde, maar de franchisenemer kan zijn goederen niet langer naar Rusland uitvoeren, zodat hij minder “ontvangt” in ruil voor de royalty’s).

Ten slotte moet een laatste essentieel element in aanmerking worden genomen: de onvoorzienbaarheid kan door de overeenkomst van de partijen worden uitgesloten.

In de meeste gevallen, aangezien de ontwerp-franchiseovereenkomst door de franchisegever wordt opgesteld, zal het aan de franchisegever zijn om te overwegen of hij dit beginsel handhaaft of contractueel uitsluit. Zodra deze vraag is opgelost, zal met de aspirant-franchisenemer worden onderhandeld over deze belangrijke kwestie, die vanaf het begin van de relatie in aanmerking moet worden genomen.

 

3. Hoe kan men zich beroepen op de imprevisieleer?

De partij (bv. de franchisenemer) die zich op dit argument beroept, moet eerst de wijziging van de omstandigheden melden en de contractant (bv. de franchisegever) uitnodigen om opnieuw over het contract te onderhandelen. Deze stap is een voorwaarde om de zaak voor de rechter te brengen. De contractant is niet verplicht te onderhandelen, zelfd als hij daardoor het risico loopt dat de rechter vaststelt dat hij niet te goeder trouw is, en de rechter nieuwe voorwaarden kan opleggen tot zelfs toe de contractant het voordeel van de overeenkomst te laten verliezen. Indien de onderhandelingen mislukken, kan de rechter hetzij de overeenkomst aanpassen door na te gaan welke de gemeenschappelijke wil van de partijen was en in het licht van de economie  van de overeenkomst, hetzij de overeenkomst beëindigen volgens door hem te bepalen voorwaarden, desgewenst met terugwerkende kracht, maar op een datum die niet aan de wijziging van de omstandigheden kan voorafgaan.

De gevolgen zijn dus zeer belangrijk: (i) de wederpartij verplichten tot nieuwe onderhandelingen over een deel van de overeenkomst en (ii) in geval van mislukking de rechter de bevoegdheid geven om de overeenkomst tussen partijen met gezag aan te passen.
De evolutie van de praktijk is dus aanzienlijk!

 

4. Besluit

De imprevisieleer, zowel bij franchising als bij elke andere overeenkomst, is volgens ons een doeltreffend wapen om een koppige contractant te dwingen opnieuw in der minne over een overeenkomst te onderhandelen; het is zeer waarschijnlijk dat de contractant liever zelf de toe te passen oplossing zal kiezen dan een rechter een oplossing te laten opleggen.

De imprevisieleer is van bijzonder belang in de context van een franchiseovereenkomst, die naar haar aard een langdurige relatie veronderstelt en gekenmerkt wordt door de nabijheid van de partijen binnen het netwerk en het noodzakelijkerwijs evolutiefe karakter daarvan.

In dat geval zal de contractant, alvorens in te stemmen met nieuwe onderhandelingen, er goed aan doen zich ervan te vergewissen dat de voorwaarden van onvoorzienbaarheid wel degelijk zijn vervuld, met name wat betreft het onvoorziene karakter en de aanvaarding van het risico. Hoewel deze voorwaarden momenteel theoretisch lijken, is het zeker dat de rechtspraak deze vragen snel zal oppakken en verfijnen voor concrete gevallen. Ten slotte herinneren wij eraan dat de partijen bevoegd zijn om de theorie van onvoorzienbaarheid in hun overeenkomst terzijde te schuiven of aan te passen; er moet echter voorzichtigheid worden betracht indien de overeenkomst een toetredingsovereenkomst is en indien deze onevenwichtig is… het potentieel misbruik van deze terzijdestelling of aanpassing blijft een risico.

 

Steve Griess et Thibault Caeymaex

Advokatenkantoor  SEEDS of LAW